Nu de zomer weer het einde nadert en daarmee ook de diverse toeragenda’s afgewerkt zijn wordt het weer eens tijd voor een evaluatie van de gemaakte kilometers.
Het kan aan mijn leeftijd liggen dat ik me de afgelopen jaren na langere tochten wat brakker voel dan vroeger of zou ik het moet ik het zoeken in andere oorzaken? Moet ik dan toch een motor kopen waarop ik meer rechtop zit? Moet ik minder hard gaan rijden? Moet ik iets aan mijn bierbuik doen? Of moet ik de toertochten voortaan maar per taxi gaan doen?
Niets van dat alles! Hetgeen wat in de jaren sneller veranderd is dan mijn gestel is het aantal verkeersdrempels. Drempels in allerlei varianten qua hellingshoek, hoogte en model. Ze duiken in een razende vaart en duizelingwekkende aantallen op op plaatsen variërend van vlakbij een school tot onverklaarbaar liggend in de uitgestrekte landerijen. Bij de school heb ik er begrip voor, echter die aan de andere kant van het spectrum jagen mij in ultieme razernij. Kom ik netjes met 30 te hard aanzeilen, moet ik zodanig hard remmen dat Frau Horstman bijna over mij heen schuift. Vervolgens blijkt de drempel een hoek van 50 graden te hebben en 25 centimeter hoog te zijn. Precies de rem lossend op het moment waar de drempel begint probeer ik de impact te beperken, maar het is al te laat….
Frau Horstman wordt gelanceerd en is alle connectie met mij en de motor kwijt. Binnen in mijn helm klinkt een forse krachtterm, ik schakel 2 of 3 versnellingen terug en wacht het moment af dat mijn eega weer zal landen. Daarna wordt het zwart voor mijn ogen en verlaten we woest accelererend de plaats van het onheil. Op naar de volgende… Enzovoort.
Hiermee is ook meteen het milieuaspect verloren gegaan. In plaats van een weg waar 60 de limiet is met een acceptabele 90 te nemen is het nu een aaneenschakeling van remmen en optrekken geworden. Formidabele motorwegen vol fijne bochten zijn in de afgelopen jaren hierdoor veranderd in een soort BMX-parcours. Dit zal dus wel de reden zijn waarom ik regelmatig het idee heb dat ’s avonds mijn nieren boven mijn longen zitten, mijn schouderbladen losgeraakt en naar beneden gerammeld zijn en mijn anus naast mijn navel zit….
In diverse wetten worden allerlei regels vastgelegd met betrekking tot de verkeersveiligheid, maar aan het welzijn van de motorrijder wordt compleet voorbijgegaan. We moeten het tij keren voor het te laat is. Ikzelf denk aan een Taskforce met bivakmutsen, die ’s nachts drempels gaat verwijderen of zoiets…
In het uiterste geval - en dat is zeer onwaarschijnlijk – zal ik mijzelf moeten dwingen om zo’n lelijke hoogpotige motor met snavel – zeg maar een Angry Bird op wielen – te kopen. Wellicht moet ik me voortaan alleen nog maar inschrijven in toertochten waaraan het label “laagdrempelig” hangt…..
Wie heeft er voorbeelden van teloorgegane wegen waar het voorheen een genot was om te sturen en waar nu deze waanzin heeft toegeslagen?
Kunnen we een mooi naslagwerkje samenstellen met de titel: “Weet je nog….?”
Het kan aan mijn leeftijd liggen dat ik me de afgelopen jaren na langere tochten wat brakker voel dan vroeger of zou ik het moet ik het zoeken in andere oorzaken? Moet ik dan toch een motor kopen waarop ik meer rechtop zit? Moet ik minder hard gaan rijden? Moet ik iets aan mijn bierbuik doen? Of moet ik de toertochten voortaan maar per taxi gaan doen?
Niets van dat alles! Hetgeen wat in de jaren sneller veranderd is dan mijn gestel is het aantal verkeersdrempels. Drempels in allerlei varianten qua hellingshoek, hoogte en model. Ze duiken in een razende vaart en duizelingwekkende aantallen op op plaatsen variërend van vlakbij een school tot onverklaarbaar liggend in de uitgestrekte landerijen. Bij de school heb ik er begrip voor, echter die aan de andere kant van het spectrum jagen mij in ultieme razernij. Kom ik netjes met 30 te hard aanzeilen, moet ik zodanig hard remmen dat Frau Horstman bijna over mij heen schuift. Vervolgens blijkt de drempel een hoek van 50 graden te hebben en 25 centimeter hoog te zijn. Precies de rem lossend op het moment waar de drempel begint probeer ik de impact te beperken, maar het is al te laat….
Frau Horstman wordt gelanceerd en is alle connectie met mij en de motor kwijt. Binnen in mijn helm klinkt een forse krachtterm, ik schakel 2 of 3 versnellingen terug en wacht het moment af dat mijn eega weer zal landen. Daarna wordt het zwart voor mijn ogen en verlaten we woest accelererend de plaats van het onheil. Op naar de volgende… Enzovoort.
Hiermee is ook meteen het milieuaspect verloren gegaan. In plaats van een weg waar 60 de limiet is met een acceptabele 90 te nemen is het nu een aaneenschakeling van remmen en optrekken geworden. Formidabele motorwegen vol fijne bochten zijn in de afgelopen jaren hierdoor veranderd in een soort BMX-parcours. Dit zal dus wel de reden zijn waarom ik regelmatig het idee heb dat ’s avonds mijn nieren boven mijn longen zitten, mijn schouderbladen losgeraakt en naar beneden gerammeld zijn en mijn anus naast mijn navel zit….
In diverse wetten worden allerlei regels vastgelegd met betrekking tot de verkeersveiligheid, maar aan het welzijn van de motorrijder wordt compleet voorbijgegaan. We moeten het tij keren voor het te laat is. Ikzelf denk aan een Taskforce met bivakmutsen, die ’s nachts drempels gaat verwijderen of zoiets…
In het uiterste geval - en dat is zeer onwaarschijnlijk – zal ik mijzelf moeten dwingen om zo’n lelijke hoogpotige motor met snavel – zeg maar een Angry Bird op wielen – te kopen. Wellicht moet ik me voortaan alleen nog maar inschrijven in toertochten waaraan het label “laagdrempelig” hangt…..
Wie heeft er voorbeelden van teloorgegane wegen waar het voorheen een genot was om te sturen en waar nu deze waanzin heeft toegeslagen?
Kunnen we een mooi naslagwerkje samenstellen met de titel: “Weet je nog….?”