Verslag vakantie Oostenrijk juni 2020

Sjongejonge, ik hint één keer naar het bestaan van het vrouwelijk geslacht en de boel is niet meer te houden... _O-
Maar ik begrijp dat de reis nu ten einde is?
Je bent de liefde van je leven tegengekomen en woont nu samen in het buitenland met die blonde stoot.

Of draaf ik nu door? Kga nu even weer een pagina terug:9~ want ik ben het draadje even helemaal kwijt.
 
Wordt wel een best cliffhanger inmiddels!? 😝
1C2A9874-052C-4106-8AFE-9733FDCA1C54.gif
 
Laatst bewerkt:

Edelweiss​

Wanneer ik half wakker de ontbijtzaal binnen kom lopen staat Bernd klaar om een high five te geven. “Und, etwas passiert?” Na wat andere plagerijtjes vertelt hij mij dat hij ook een beetje Russisch kan spreken, net als Tatjana. In sommige delen van Oekraïne spreken ze namelijk Russisch ipv. Oekraïens. Gisteren heb ik ook wat geleerd maar niet veel van onthouden, behalve dat in de Russische taal vooral op de gezondheid, het leven of vrouwen wordt getoost. Minder gebruikelijk is met de bij ons bekende kreet ‘Nazdarovja’.

Ik ben nu zo’n 9 dagen onderweg en besluit van vandaag een rustdag te maken. Vanuit Zell am See kan je gratis met de toeristenkaart (die je bij het hotel krijgt) de bus nemen naar de gondelbaan even verderop. Vanwege de corona krijgt iedereen een privé-rit naar boven naar de Schmittenhöhe. Het weer is uitstekend en het uitzicht over de wijde omgeving vanaf de top is prachtig. Het is hier een 360 graden panorama van de Oostenrijkse bergen, in de verte kan ik de Königsberg zien liggen. Verderop stijgen paragliders op en kunnen op de thermiek lang rond de top van de berg zweven. Wel vet, maar ben toch niet zo happig om dit zelf een keer te gaan proberen, vliegen gaat beter met vleugels.

20200628_100919.jpg



20200628_102736.jpg


20200628_103653.jpg


20200628_103726.jpg




Het is goed toeven op deze hoogte, het is er koel en het is fijn om even de benen te strekken. Er valt van alles te lezen op de informatieborden en te bezoeken, zoals een oud kappelletje. Wiens klokken ook uitstekend werken (auw). Mijn plan is om het wandelpad tot Zell am See af te lopen, daar zal ik wel even zoet mee zijn. Wandelend door de alpenweiden kom ik langs bossen, alpentuinen en verlaten skipistes. Vooral de bloeiende alpenroosjes en Edelweiss zijn mooi. Gelukkig kan je bij de sommige skiliften wat water tappen want het kwik loopt op naarmate de hoogtemeters afnemen. Mijn bovenbenen zijn lange afdalingen niet gewend en ik moet oppassen om niet te snel af te dalen op de steile stukken. Eenmaal onder de boomgrens vallen vooral de enorme mierenhopen op, daar moet je je achterwerk niet in parkeren.

20200628_113108.jpg


20200628_102926.jpg



20200628_113501.jpg


Ik ben blij als ik weer beneden in Zell am See ben en er koud water uit de douchekop stroomt. Tatjana trok vandaag trouwens haar eigen plan, die was er na het ontbijt al snel op uit gegaan. Na wat te hebben gegeten raak ik in gesprek met een Duits echtpaar die op een KTM 1290 super adventure zijn komen aanzeilen. Ze vertellen dat ze op terugreis zijn van een lange trip naar Kroatië. Daar waren ze vaker geweest, het enige dat daar tegenvalt zijn de wegen. De kwaliteit dan, het uitzicht was wel top en bochten heb je er ook genoeg. Ze vertellen dat de kinderen de deur uit zijn en er zo vaak en zo lang op uit trekken als het werk toelaat. Lekker leven, chapeau!

Sinds een paar dagen is er een hele club met Oostenrijkse motorrijders waar ik nog geen contact mee heb gehad, beetje een gesloten groep. Omdat er veel gedronken wordt en de sfeer onder de gasten wat losser is wordt ik er uiteindelijk bij geroepen, ik moet maar is uitleggen waarom ik op die ‘verrücktes’ MV rijdt. Mijn Duits is niet perfect maar ik vertel dat ik er min of meer per toeval aan ben gekomen. Niet bedacht dat ik op die dag een motor aan zou schaffen was ik in mijn auto (er was regen voorspelt) naar een Honda dealer in het oosten van het land gereden. Daar stond in een hoekje een ingeruilde Brutale. Na een lange onderhandeling met behulp foto’s van mijn SP1 op mijn telefoon de verkoper ervan overtuigd dat het een piekfijn exemplaar betrof en mijn handtekening onder het koopcontract gezet. En zie hier mijn vrind, ik ben ver van huis en de drijfstangen zijn nog niet door het blok geknald.

MV Agusta is zelfs een tijdje van Harley-Davidson geweest, totdat de crises begon en voor een symbolisch bedrag terug aan de Castelioni’s werd overgedragen. Pa Castiglioni deed redelijk goede zaken maar na zijn overlijden kwam het lot van het merk in de handen van Zoon Castiglioni. Hij bleek meer van maatpakken en haarproducten af te weten dan motoren en het duurde dan ook niet heel lang voordat een Russische oligarch de handel overnam en Zoon op een zijspoor zette. En die Rus doet het zo slecht nog niet. Ok, het doel van 10.000 motoren per jaar is nog wat ambitieus, maar toch. “So, ein MV ist eigentlich ein Russisches Motorrad?” Ja.. Genau, wie ein Dnepr. Er wordt gelachen. Tijd voor meer bier, heb een droge bek.

Het is rond 12 als ik behoorlijk aangeschoten Tatjana voorbij zie lopen, die zonder iets te zeggen direct het hotel in loopt.

Ah, zo weet je dus dat het een one night stand is… morgen mijn ziel maar ten droge leggen.​
 

De Zondvloed​

Het biologisch ontbijt gaat voor de laatste maal naar binnen. Bernd vraagt bij het afscheid om een eerlijke review achter te laten. Hij hoopt dat er meer motorrijders aan te trekken in de laagseizoen (zomer). Dat gun ik hem graag, een leuke plek om te verblijven en ook na het motorrijden nog even rond te hangen of een biertje te drinken. Je moet het ontbreken van een garage wel voor lief nemen.

Schuin omhoog kijkend van onder het afdak zie ik een strak donkergrijze lucht. Ik wordt geconfronteerd met wat ik gister al op de wrijftelefoon zag maar besloot te negeren: een hele dag regen. Het spettert nu nog zachtjes maar zodra ik weg ben gereden gaat het snel harder regenen. Buiten Zell am See zijn de straten al rivieren geworden en klotst het water tegen mijn banden aan. Dat is allemaal nog niet zo erg maar na elke passerende bus zit je de spastische ruitenwisser te spelen met je net iets te oude en versleten winterhandschoenen. Afijn... regen, wat kan je eraan doen.

Ik passeer de grens met Duitsland waar nog steeds gecontroleerd wordt. Dat soort gedoe willen ze mij nu niet aandoen en ik wordt doorgelaten. Vanaf de grens volg ik de Deutsche Alpenstrasse. Het idee om nog langs de Königssee te gaan laat ik schieten. In de dalen regent het ondertussen steeds harder. Op een gegeven moment wordt ik zelfs ingehaald door auto’s en vrachtwagens omdat de weg één grote wildwaterbaan is geworden en ik gewoon niet harder durf te gaan. Dit schiet niet op en dit rijdt ook totaal niet relaxed. Ik pak de eerste mogelijkheid om naar de Autobahn te gaan.

20200629_145443.jpg


Dat rijdt toch net ietsjes relaxter, de afwatering is hier in ieder geval een stuk beter en ik kan met een aardig gangetje naar mijn bestemming rijden. Dat betekend natuurlijk ook dat ik een stuk eerder op de bestemming zal zijn dan gepland maar er valt daar vast wel wat te beleven. Hopelijk is het ginds ook droger. Ik zie in de verte door de nevel van het opspattend water plots allerlei remlichten oplichten en ik houd mijn spiegels voor de zekerheid maar goed in de gaten wanneer ik zelf ook langzaam vaart minder. Op mijn weghelft is niets aan de hand maar aan de andere kant zie ik in de ravage een kleine vrachtwagen welke in twee stukken gescheurd is, een losliggende cabine en iets verder de rest van het frame. Van de cabine was niet veel over behalve een verwrongen stuk zwartgeblakerd aluminium. [s‘avonds toch nog even opgezocht, ongeluk tussen twee vrachtwagens, 1 dode. RIP]. De file die zich erachter heeft gevormd is makkelijk 20 km lang.

Ik besluit een kleine pauze in te lassen. Het is godzijdank ook gestopt met regenen en in de verte zie ik zelfs iets dat op blauwe lucht lijkt. Ik zit met een waffel vol mueslireep als ik achter me “Hey ook een Nederlander” hoor. Een tweetal pensionado’s plus begeleidend keffertje komen op mij af. Ik weet niet waarom maar ik trek dit soort mensen aan. Voor ik het weet ben ik omsingeld. Er volgt een hele klaagzang over het weer, het ongeluk en alle andere ongelukken die ze in de afgelopen, zeg, pakweg 40 jaar hebben meegemaakt. “Ohhhhhhh wat is het toch erg allemaal…” En wat waren de hoogtepunten van de reis? schiet ik er maar tussendoor. “Ja toch wel de bergen, ja de bergen”. Kijk hebben we toch nog iets wat we beiden leuk vinden. En hoe is het verder met de familie? [Ah kak, nee, dat had ik natuurlijk niet moeten vragen]. Nou toen wist ook dat Tante Nel met 6 tenen is geboren. Lachen. Afijn, ze moesten zelf weer verder. Had ik ook nog even om mijn van rust te genieten.

Het is een uurtje of drie als ik Garmisch-Partenkirchen binnen kom rijden. Dit plekje is vooral bekend van het schansspringen en biedt een mooi uitzicht op de Duitse Alpen. Het heeft een leuk historisch centrum met zeer artistiek geschilderde gebouwen. Hierop worden allerlei (alpen-)taferelen afgebeeld, de jacht, Bijbelse verhalen, wild, engeltjes, you name it. Ik heb honger, maar ik kan even geen schnitzel meer zien. Ergens te midden van dit middeleeuws spektakel zit een hippe burgertent waar je zonder schaamte je toeristenreet neer kan zetten en kan kiezen voor Green-Egg Raw Slow Cooked Locally Sourced and slightly radioactive (nee geintje) Bacon-Burger Mit Chef’s Sauce Auf Dinkelbrot With Crusty Organic French Fries kan bestellen. Jesus Christ, wordt Gordon Ramsay ook even overgevlogen om even een burgertje te flippen? Als klant ben je toch al lang blij als de burger die op je bord landt eruit ziet zoals op de plaatjes bij de McDonalds. Vet duur ook nog. Heb je ook een normale burger? De serveerster wijst naar de volgende pagina waar onderaan de lijst met burgers inderdaad Burger mit Pommmes staat. “Oh dort, ja bitte”

20200629_183104.jpg

20200629_195243.jpg

20200629_195847.jpg

20200629_192213.jpg


Na de buik weer te hebben rondgegeten strek ik de benen nog even en loop ik door de openbare botanische tuinen van Garmisch-Partenkirchen. Schitterend en met grootste zorg aangelegd en onderhouden. Valt op dat ik de enige ben die er rondloopt. Nou ja, de enige… tot mijn ergernis ook een tros zwervers. Maar goed, als ik een zwerver was geweest zou ik ook liever hier mijn tentje hebben opgezet dan op de vuilnisbelt. Niet zo’n lul zijn Sven.​

20200630_083646.jpg
 
Laatst bewerkt:

Italiaanse perikelen​


Ik rijd weg van mijn overnachtingsadres ‘Unter den Tannen’, prima verblijf maar niets bijzonders. De Brutale voelt iets anders aan dan normaal, maar merk niet direct wat er nou aan de hand is. Ondertussen zit ik mijn zonden te overdenken. Ondanks dat ik net voor mijn vertrek uit Pension Hubertus het nummer van Tatjana heb gekregen heb ik het toch niet helemaal lekker aangepakt. Gisteravond nog een beetje ge-sms’t. Net als vroeger, toen je nog met sms’jes a 10cent zat te sturen. Terwijl mijn gedachten verder wegzinken merk ik eindelijk wat er mis is. Ik hoef geen gas te geven om vooruit te komen. Interessant. ‘MV Agusta throttle-by-telepathy’, die functie had ik nog niet eerder ontdekt.

Toch maar even stoppen hier aan de kant van de weg voordat ik straks ergens tegen een rotswand geplet wordt. Het gashendel gaat niet meer terug naar zijn neutrale positie maar deze motor heeft geen gaskabels, allemaal hocus pocus ride-by-wire dus wat kan er mis zijn? Zit er nog ergens een veer die afgebroken is? Het gereedschapsset komt uit de tanktas te voorschijn om te MV te opereren, alleen een beeldschone co-assistente ontbreekt. Ondanks het gebrek daaraan wordt ik met aandacht bekeken door een stel hairy bikers die op hun gemakje voorbij komen rijden. Stereotype bevestigd, panne met een Italiaans hok op de vroege ochtend.

20200630_094857.jpg


Al snel blijkt wat er loos is. Nadat ik de pen die de gashendel geleid eruit te heb getrokken tref ik een hoop corrosie aan. Vast gekomen door de enorme hoeveelheid regen van gister en door een ongelukkige constructie die water toelaat en vervolgens niet kan ontwateren. Ik vind ergens nog een stukje scotchbrite en na een tijdje flink boenen en de boel in de kettingvet te hebben gezet gaat alles weer terug op zijn plaats. Even aan het gashendel draaien, loslaten en *pats* terug op zijn plaats. Zo soepel ging ie nog nooit. En verder.

20200630_103820.jpg


Ik passeer op dit laatste stuk Alpenstrasse de grens met Oostenrijk. Vlak na de grens loopt langs de weg een woest stromende rivier, gevuld met al die regen van gisteren. Ik stop hier even om even van de omgeving en het bulderende water te genieten. Ik ga sowieso proberen een stuk meer te genieten van mijn kilometers vandaag. Dat lukt aardig, er zitten hier een paar schitterende bochtencombinaties en wanneer je geluk hebt zit er niemand voor je. Met een lekker vaartje pak ik de bochtjes. De Brutale reageert goed op stuur en gas-input onder hellingshoek, dat wil zeggen: niet of nauwelijks merkbaar oprichtmoment en geen neiging om weid te lopen (BMW R1200S) of te veel de bocht in te vallen (Honda SP1). Precies een weg die eigenlijk alleen voor motoren zou moeten zijn.

20200630_104809.jpg



bocht1.png


20200630_151041.jpg


20200630_151043.jpg


Hierna begint de lange sleur langs de Bodensee. Ik wilde hier helemaal niet langskomen dit jaar, want vorig jaar kwam ik hier ook al voorbij. Maar mijn reisje naar Frankrijk ging dus niet door en here we are. Wel meer tijd om na te denken. Moet ik haar nog bellen? Nee… nee natuurlijk niet, zo wanhopig ben ik nou ook weer niet. Nou ok... vanavond dan.

Mijn overnachtingsadres voor vandaag ligt bij Titisee. Eenmaal daar vind ik een brief aan de deur met instructies hoe ik in het hotel moet komen. Het is een soort puzzel die ik moet oplossen. Door een code van mijn boeking op te zoeken kan ik vervolgens op de website de locatie van de sleutel opvragen. Apart. In de instructies staat dat ze 100% contactloos het pension runnen. Dat is nogal een verschil met mijn andere overnachtingen maar hier hebben ze blijkbaar de schrik er goed inzitten. Ik vind de sleutel in een kastje met tuingereedschap aan de zijkant van het pension en ga naar binnen en door naar mijn kamer. Niemand te bekennen verder, heel vreemd. In het stadje vind ik een pizzabakker en geniet van wat mij wordt aanbevolen. Het is een schitterende dag geworden qua weer en ik loop als afsluiting nog een eind langs de oever van het Titi-meer.

20200630_175204.jpg

20200630_175354.jpg


20200630_182027.jpg

 
Na veel regen toch weer zonneschijn geworden.☀️
Je meldt 't niet maar ik herkende de foto direct.
Vrijwel zelfde plek stond ik ook paar jaar terug, rustig zuidwaarts toerend richting Reschenpaß onderweg naar Italië.
Daar bij Füssen is Schloss Neuschwanstein. Op foto met groene weide, zie je als je goed kijkt het slot op de berg.
De kloof waar je over spreekt dat zal de Pöllat Schlucht wel zijn geweest?

Je meldt dat bij grensovergang het 't eind was van de Alpen-Straße.

Maar op die plek bij het slot is ook het eindpunt van de Romantische Straße. (komt vanaf Würzburg)
Op deze route veel oude Duitse stadjes. oa Rothenburg. Mss sluiten die 2 routes wel op elkaar aan?
 
Ben nu al een paar keer daar langs gereden maar nog nooit een bezoek aan dat nieuw-Zweinstein gebracht. Wel een keer wat dichter bij Slot Linderhof geweest, niet ver daarvandaan. Misschien dat het afgelopen jaar wel een gouden kans was geweest om zonder half-Azië een bezoek af te leggen...

Ik kon het eerst niet meer vinden op de kaart maar die kloof / waterval (de Lechfall) is dus ook bij Füssen, kom ik net achter. Op google maps zie je dat het er heel anders uit kan zien als de afvoer niet zo hoog is.

De borden van Romantische Straße kwam ik daar wel tegen, die twee zullen elkaar wel kruisen daar. Dat 'laatste stuk' is eigenlijk best nog wel een eindje, de Alpenstrasse eindigt officieel bij Lindau aan de Bodensee.
 
Is die Romantische strasse trouwens aan te bevelen op de motor? Zou een mooi alternatief zijn om naar de dolomieten/oostenrijk te rijden. Zwarte woud heb ik nu wel even gezien;)
 
Terug
Bovenaan Onderaan