Boet van Dulmen (19 april 1948, Ammerzoden) is een voormalig Nederlands motorcoureur. Samen met Wil Hartog en Jack Middelburg vormde hij de Grote Drie, het trio dat in de jaren zeventig en het begin van de jaren tachtig grote successen behaalde in de Koningsklasse van de wegracesport, de 500cc.
Jack Middelburg (links) demonstreert een duwstart voor de pers, samen met Boet van Dulmen, tijdens de wegraces in Heeswijk in 1982.
De man uit Ammerzoden is gedoopt als 'Antonius Pius Maria' maar stond bij de fans bekend onder de koosnaam 'Den Boet'. Hij komt aan die ongebruikelijke voornaam doordat zijn oudere broer hem als kind, kennelijk met een licht spraakgebrek, aan anderen voorstelde als 'mijn boet' (hij bedoelde: 'mijn broer').
Bij collega-rijders stond van Dulmen internationaal in hoog aanzien als coureur en testrijder. Zijn specialiteit was het rijden in de regen.
Als Nederlander is het van Dulmen nooit gelukt competitief fabrieksmateriaal te krijgen. Desondanks haalde hij als 's werelds beste privérijder diverse successen, waaronder een GP-overwinning in Finland in 1979 en een tweede plaats in de TT van Assen in 1981.
Ook op hogere leeftijd wist van Dulmen zich te handhaven in de wereldtop. Zo werd hij in 1985, op 37-jarige leeftijd, nog vierde op de TT van Assen. Van Dulmen probeerde zijn ervaring over te brengen op jongere rijders, zoals Henk van de Mark en Rob Punt. Eind 1986 is hij gestopt, om zich te richten op een transportbedrijf.
Jack Middelburg (30 april 1952, Naaldwijk – 3 april 1984, Groningen) was een Nederlands motorsporter.
Zijn motorsportcarrière begon in 1973. Hij werd Nederlands kampioen in 1977 en 1978 in de 350, 500 en 750 cc-klassen. Daarna ging hij Grand-Prix wedstrijden rijden. Met Wil Hartog en Boet van Dulmen vormde hij de Grote Drie, het Nederlandse trio dat grote successen beleefde in de 500cc.
Vanwege zijn onbesuisde rijstijl kreeg Middelburg al jong de bijnaam Jumping Jack (misschien afgeleid van het nummer Jumping Jack Flash van The Rolling Stones). Ondanks het feit dat hij het vaak moest doen met minder competitief materiaal, gaf hij zich tot het uiterste. Dat resulteerde soms in valpartijen, maar leidde ook tot enkele grandioze successen.
In 1980 won hij met een nog niet volledig geheeld gebroken been de TT Assen. Een jaar later presteerde Middelburg het onmogelijke door op een privémachine onder meer wereldkampioen Kenny Roberts te verslaan in een rechtstreeks duel op het circuit van Silverstone tijdens de G.P. van Engeland.
Middelburg was bijzonder geliefd bij het publiek en bij zijn collega's in het rennerskwartier, niet alleen vanwege zijn 'alles of niets'-rijstijl, maar ook omdat hij ondanks tegenslagen altijd bleef lachen.
Op 1 april 1984 kwam hij met hoge snelheid ten val tijdens een race op het stratencircuit van Tolbert. Twee dagen later overleed hij aan zijn verwondingen.
In mei 2000, 14 jaar na zijn dood, werd Jack in 's-Gravenzande uitgeroepen tot ‘Westlander van de Eeuw’.
De Motorrijders Actie Groep (MAG), belangenvereniging voor motorrijders, heeft er voor gezorgd dat op 10 april 2004 de nieuwe motorontmoetingsplek in Assen als officiële naam Jack Middelburgplein kreeg. De onthulling vond plaats in het bijzijn van nabestaanden en vrienden, waarbij zijn zoon Jacky de originele motor bereed waarmee Jack de TT won.