Dit is een voor mobiel geoptimaliseerde pagina die snel laadt. Als je de volledige pagina wilt laden, klik dan hier.

Reisverslag 2019: Rondje Balkan tot in Griekenland

Wat een land zeg !
Ik zal die SH 80 , SH 75 vanaf de Griekse grens richting Tepelene afrijden.
Goed om te lezen dat het wegdek daar best te doen is.
 
Die stickers die je koopt in die souvenirwinkeltjes.
Zijn dat stickers met Albanië op of zijn het stickers die plaatsgebonden zijn ?
Dat was mijn eerste keuze vanaf Konispol naar Sarande en zo richting Vlore.
Uiteindelijk dan toch gekozen om de SH 80 & Sh 75 te nemen.
 
Prima geschreven :-).
Dat was even spannend Frazer met die bus of je reis was daar misschien wel beëindigd.
En wat een gedoe een de grens , een mens zou voor minder zijn geduld verliezen.
Ik ben benieuwd wat het zal worden aan de grens Konitsa - Leskovik.
 

Ik probeer meestal een sticker van het land zelf te kopen, meestal hebben ze dat in souvenirwinkeltjes wel. Ik ga er niet speciaal naar lopen zoeken hoor.
 
Dag 19, donderdag 25 april 2019. Gereden: 313, Totaal: 4662


Net als de voorgaande dagen is de het weer enorm heiig en heeft de zon moeite om er doorheen te komen. Gelukkig is het droog, dus ik vind het al lang best. Natuurlijk beginnen met vers brood en een bakkie. Dan nog even de camping betalen, en om 10 uur ben ik klaar voor vertrek. Een rustdag was lekker, maar ik ben blij om weer te gaan rijden. Het doel was om Griekenland te halen, en veel verder als dit ga ik het land ook niet in. Het is ook wel zonde om gelijk weer om te keren, dus ik heb nog even zitten rekenen en een extra dagje kan nog wel. Om in ieder geval nog iets van het land te zien ga ik vandaag richting de Meteorakloosters. Dat ligt niet te ver het land in dus is makkelijk in de route te passen. Uiteraard ga ik niet in een rechte lijn die kant op, ik maak er nog een mooie route van.


Om de hoek van de camping gooi ik eerst de tank vol, en volg dan de kust tot aan Kanali. Daar stop ik nog één keer langs de kust. Op dag 4 van deze reis stond ik in Slovenië voor het eerst aan de kust. De daaropvolgende 15 dagen volgde ik afgezien van een paar uitstapjes het binnenland in steeds min of meer de kust, tot nu. Vanaf hier ga ik het binnenland in, en dat blijft ook zo. Ik ga eerst richting Ambracia, en volg daarna de 30 naar Trikala. Het is een heerlijke route, prachtige vergezichten, en mooie bochten. Het asfalt is her en der wel van wat matige kwaliteit. Soms lijkt het net alsof er los grind ligt, maar dat is een beetje de kleur en textuur van het asfalt. Toch geeft het niet zo veel vertrouwen, dus ik hou het tempo maar wat lager, genieten doe ik toch wel. Een mooi lunchplekje met uitzicht over olijf- en sinaasappelboomgaarden en heel in de verte de vage contouren van de zee. Kan geen restaurant tegenop. Later op de middag rij ik zelfs tussen de besneeuwde bergtoppen, niet het eerste waar ik aan zou denken bij Griekenland.






Net als ik weer een plekje voor een korte pauze zoek rij ik langs een stalletje waar ze sinaasappels verkopen, vers van de boom want ze groeien hier overal. Precies goed voor een tussendoortje, en nog gezond ook. Het hele busje ligt volgeladen met sinaasappels. De verkoper spreekt geen Engels, ik als vraag om 2 stuks komt hij aanlopen met 2 zakken. Uiteindelijk snapt hij dat ik gewoon 2 losse wil, meer kan ik er toch niet meenemen. Hij legt ze op de weegschaal om de prijs te berekenen, maar ik zie hem even nadenken en hij geeft ze me dan zo mee. Ik dring nog aan om te betalen, maar hij wil er niks voor hebben. Eentje past er nog bij in de bagage, de andere slacht ik terplekke. Heerlijk.




Het laatste uurtje naar Meteora begint het helaas te regenen en kan ik voor het eerst in lange tijd mijn regenpak weer voor de dag halen. Gelukkig duurt het niet te lang, en gaat de route over een redelijk grote doorgaande weg dus rij ik snel de bui weer uit. In Kalampaka, het stadje aan de voet van de kloosters is het uiteraard super toeristisch en druk. Ik heb een camping even buiten het stadje uitgezocht, en ook daar hetzelfde beeld. Het is inmiddels 17:00 uur, ik heb toch iets langer gereden dan ik had verwacht. Ik wilde eigenlijk eerst nog langs de kloosters, maar ik ga eerst de tent wel opzetten. De tentplekjes zijn klein en dicht op elkaar, maar dat overleef ik voor een nachtje ook wel. Er is nog plek naast een andere motorrijder op een avontuurlijk ogende Suzuki DR, dus dat lijkt me wel een goede buurman. Terwijl ik bezig ben met opzetten valt er nog een klein buitje, maar gelukkig blijft het daarbij.


Voor ik richting de kloosters ga ik doe ik eerst nog even een belletje naar mijn telefoonprovider, want ik heb al een paar dagen geen internet meer. Kost me uiteindelijk 2x bellen en opnieuw opstarten zonder resultaat, tot ik bij de 3e keer bellen wel een deskundige medewerker aan de lijn krijg die het probleem oplost. Of eigenlijk los ik het zelf op, maar hij legt uit hoe. Voor ik weer op de motor zit om richting de kloosters te gaan is het dus al ruim over zessen. Ik was toch niet van plan om de kloosters in te gaan trouwens, dus van buiten kan ik het ook na sluitingstijd nog wel zien.


Meteora bestaat uit meerdere kloosters die bovenop bergen en rotspunten gebouwd zijn. Tegenwoordig lopen er wegen naar de meeste kloosters, maar toen ze werden gebouwd moest al het bouwmateriaal lopend en aan touwen omhoog gebracht worden. Er is een route van 15 kilometer die door de bergen langs alle kloosters loopt, en die je gewoon met auto of motor kan volgen. Gelukkig is de ergste drukte inmiddels voorbij, dus ik kan op mijn gemakje rondrijden en foto’s maken. Het is nog steeds zwaar bewolkt door de regen, maar de ondergaande zon die onderkant van de wolken beschijnt geeft er wel een heel bijzonder sfeertje aan. Op de foto’s is er helaas maar weinig van te zien.








Tegen 20:00 uur ben ik terug op de camping en kom ik ook mijn buurman, wat een buurvrouw blijkt te zijn, tegen. Ze komt uit Zwitserland en is net gestart met een reis op de motor naar Nepal. Je hebt ook altijd baas boven baas. Ze heeft al meerdere van dat soort reizen op haar naam staan. Klinkt als mijn droomvrouw, al ze tenminste 20 jaar jonger geweest zou zijn.


Omdat er vandaag wederom niks van boodschappen doen gekomen is eet ik weer in het restaurant van de camping. Niks voor mij om dat zo vaak te doen, maar het komt nou eenmaal zo uit. En zo vaak ben ik niet in Griekenland. Souvlaki deze keer, van de bbq, en baklava als toetje. Daarna nog een Griekse koffie, waarbij je vooral op het laatst voorzichtig moet drinken om niet alle koffieblerf mee te krijgen. Na het eten maak ik alvast weer de route voor morgen. Ik ga Macedonië weer in, en daar lijken toch niet zoveel campings te zijn. Daardoor kom ik weer uit op een stevige dagafstand, maar als ik een beetje op tijd vertrek moet het goedkomen.

 
Dag 20, vrijdag 26 april 2019. Gereden: 462, Totaal: 5124

Verse broodjes, koffie zetten en spullen pakken, het gaat inmiddels allemaal op de automatische piloot. Ik sta nog even met de buurvrouw te praten, dus echt vroeg ben ik niet weg. Voorheen liet ik me daardoor wel een beetje opjagen, maar social talk hoort er ook bij en maakt het juist leuk. Dan maar wat later weg. Om 10 uur rij ik de camping af. Het is prachtig weer, dus ik besluit het rondje langs de kloosters nog een keer te rijden. Gisteren was het nogal bewolkt, nu staat de zon er prachtig bij en dat geeft toch weer een heel ander beeld.





Ik rij een prachtig klein weggetje naar het noorden. Hier zie je goed het echte binnenland van Griekenland, ver van de drukke eilanden en badplaatsen. Sommige dorpen zien er nauwelijks beter uit dan in Albanië, hier is de welvaart redelijk ver te zoeken. Het weggetje komt uit op de 15 naar Grevena, een grotere weg maar zeker net zo mooi. Heerlijk rijden. In Grevena staat de motor inmiddels al een paar kilometer op reserve, dus tijd om vol te gooien. Ondanks dat ik zeg dat de tank vol moet stopt de pompbediende na 10 liter en hangt de slang terug. Ook goed, als je niet wil verdienen dan toch lekker niet.


Ik ga richting Kastoria, en de weg loopt vrijwel continue parallel aan de snelweg. Als ik dan toch nagenoeg hetzelfde uitzicht heb kan ik net zo goed een stukje snelweg pakken, dan maak ik toch weer wat tijd goed. Na ongeveer 70km ga ik er weer vanaf en ga ik verder binnendoor. Over alweer een briljante weg richting Florina. Bocht na bocht volgt elkaar op en klim zelfs naar 1600 meter hoogte. Ik kom zelfs langs skipistes, waar nog niet eens alle sneeuw gesmolten is. Skiën in Griekenland, ik wist niet dat het kon.



Vanuit Florina is het nog een klein stukje naar de grens met Macedonië, of eigenlijk zou ik moeten zeggen Noord-Macedonië, want dat is sinds 12 februari van dit jaar de officiële naam van het land. Griekenland heeft ook een regio die Macedonië heet, dus wilde een aparte naam voor het land Macedonië. Lekker belangrijk zou ik zeggen, volgens mij heeft België ook een provincie Luxemburg en heb ik nog nooit gehoord dat iemand zich daar in Luxemburg druk om maakt, maar voor de Grieken was het blijkbaar nogal een dingetje.


Net voor de grens gooi ik de tank nog een keer vol, want die is inmiddels alweer bijna leeg. Hier kan ik tenminste nog gewoon met euro’s betalen. Ik probeer nog een fles motorolie te scoren, want bij het tankstation is ook een grote automaterialenzaak. Daar zullen ze toch ook wel motorfiets olie hebben? Dat hebben ze dus niet, maar volgens de medewerker kan ik er ook gewoon olie voor auto’s ingooien. Tuurlijk vriend, ik zoek wel verder. Het is nog niet kritiek, maar de halve liter die ik bij me had is er inmiddels doorheen. Een ééncilinder verbruikt nou eenmaal wel eens wat, zeker als zoals bij die van mij de kilometers al aardig op beginnen te lopen. Hij staat nu nog op het maximale niveau, dus ik heb nog wel even tijd om verder te zoeken.


In Bitola, de eerste stad die ik tegenkom trek ik alvast wat geld uit de muur, dan heb ik in ieder geval wat achter de hand. Dan ga ik verder richting Prilep, en sla ik net daarvoor af naar de R1107. De 1107 is een geweldige weg, komt hoog op het lijstje van mooiste wegen die ik ooit gereden heb. Het is een en al bocht, het asfalt is redelijk goed maar het is vooral de omgeving die het hem doet. De vergezichten zijn fantastisch, het landschap lijkt een beetje toendra of steppeachtig. Geen hoge begroeiing maar vooral lage struiken en gras en het lijkt erg droog. Ik kan het eigenlijk nergens mee vergelijken. En afgezien van een paar schaapherders met hun kudde kom ik helemaal niemand tegen, ook nauwelijks dorpjes of bewoning. Het is een redelijk goede 2-baans asfaltweg, maar ik lijk hier wel alleen op de wereld.






Net voor het dorpje Vitolište begint de weg wat slechter te worden. De doorgaande weg loopt naar een rivier, en gaat aan de overkant van de rivier weer verder. Er tussenin mist alleen iets, een brug. Er zijn ook geen tekenen dat deze er ooit gestaan heeft. Er loopt een zandpad naar een klein bruggetje even verderop, en het pad sluit iets verder weer aan op de asfaltweg. Voor de brug was blijkbaar even geen geld meer. Eenmaal in het dorp is er zowaar wat bewoning. Ik volg de doorgaande weg, maar zodra ik het dorp uit ben gaat deze over in gravel en wordt al snel slechter, tot er weinig meer overblijft dan een geitenpad. Dat lijkt me niet helemaal goed, dus terug naar het dorpje en een ander pad. Ook dit pad geeft weinig verbetering. Er staat een schaapherder waaraan ik met handen en voeten de weg vraag, maar hij staat al wat bedenkelijk te kijken. Als ik wijs op mijn motor en de richting waar het pad heen gaat schudt hij hevig van nee. Ik heb weinig zin in een herhaling van het pad in Albanië, en dat zag er zelfs nog beter uit. Dan maar omkeren en verder zoeken. Ik vind in het dorp geen andere zijwegen meer, anders dan hele slechte geitenpaden. Het lijkt wel of de weg hier gewoon plotseling stopt, terwijl hij op de kaart en volgens google-maps toch gewoon door zou moeten lopen. Alsof ze hem eerst op de kaart hebben gezet, maar de uiteindelijke bouw er nooit van is gekomen. Heel apart. Ik ben al meer dan 30km onderweg maar er zit niets anders op dan omkeren. Verklaard wel waarom het hier zo rustig is.






Gelukkig blijft het een schitterende weg, dus het is geen straf om hem nog een keer te rijden. Dit keer leg ik het tempo wel wat hoger, want los van de 60 kilometer die ik nu voor niks heb gereden, heb ik vanaf het punt waar ik weer op de doorgaande weg kom ook nog bijna 100km te gaan naar de camping. Helemaal voor niks was het trouwens niet, want ik heb er enorm van genoten. Gelukkig is het in Macedonië weer een uur vroeger dan in Griekenland, dus door dat uurtje winst blijft het tijdverlies nog binnen de perken. Het laatste stuk van de route valt tegen. Het is een doorgaande weg, weinig spannends aan en bovendien begin ik best moe te worden. Ik heb dan wel een uurtje cadeau gekregen, maar dat extra uur heb ik natuurlijk wel gewoon op de motor gezeten. Dan kan ik de camping ook nog eens niet vinden. Hij stond niet op de Archies campings app maar ik vond hem op google maps. Gisteravond ben ik zo dom geweest om het adres niet op te schrijven maar alleen de plaatsnaam in te voeren. Het blijkt nog best een grote plaats, en ik kan niks vinden. Maps kan ik niet laden want ik heb hier geen internet. Na wat rondvragen en zoeken vind ik hem gelukkig toch.


Het is inmiddels half 8 in de avond en ik zat vanmorgen om 10 uur op de motor. Tel daar nog het extra uurtje bij op, en ik ben ruim 10 uur en 460km onderweg geweest met onderweg misschien een uurtje pauze. De camping is vrij primitief, maar het is voldoende. Het is redelijk druk op de camping, vooral veel Bulgaren. Het zijn voornamelijk klimmers, want er schijnt hier een grote rotspartij in de buurt te zitten, waar veel klimmers op af komen. Ik loop even snel naar de buurtsuper voor wat te eten, want ik moet toch maar weer eens zelf iets koken. Het waait hard, ik probeer een luw plekje voor de brander te zoeken. Koffer ervoor en het is te doen. Als ik even naar het toiletgebouw loop om wat water te halen waait mijn stoel om, tegen de pan, die flikkert natuurlijk van de brander in het gras. Gelukkig zat nog niet alles erin, dus de schade is beperkt. Ik ben gesloopt, dus na een lekker warme douche zoek ik niet te laat mijn bed op.
 
Top zeg.
Ik heb al gemerkt en ook in Griekenland dat er niet altijd adressen zijn om iets aan te geven.
Een dorp , postnummer en dikwijls gewoon Main Road maar dat geldt dan voor een heel dorp.
 
ik kwam in het voorjaar vanuit Griekenland naar macedonie dat zei ik ook tegen de douanier hij keek me aan en begon in het engels een lesje geschiedenis tegeven over het hoe en waarom van d naam macedonie en opdat ik hat niet mocht vergeten het was en is Noord Macedonie,dus zei hij je hebt je huiswerk niet goed gedaan,mocht er wel in,een byzondere gevoelige kwestie daar.
 
Dag 21, zaterdag 27 april 2019. Gereden: 333km, Totaal: 5457


Ik sta nog even te praten met wat van de klimmers. Relaxte lui, en spreken allemaal perfect Engels. Kan de gemiddelde Bulgaar in Nederland nog wat van leren. Ik ga vandaag naar Bulgarije, dus ze hebben tips genoeg over wat ik allemaal kan doen. Vlak over de grens schijnt een gebied met thermale bronnen te zijn dus wellicht ga ik daar nog even kijken. Morgen is het Pasen, en de nacht naar Pasen zijn er altijd veel festiviteiten in de hoofdstad Sofia. Ook dat ligt op de route, dus misschien kan ik daar iets van meepakken, we zien wel.

Om 09:30 ben ik klaar voor vertrek. Ik vraag nog even aan de eigenaresse of het water hier drinkbaar is, en dat is volgens haar geen probleem. Ik vul de camelbak en drink alvast een paar slokken om te zien wat daar het gevolg van is. Ik volg de weg waarover ik gisteren ben gekomen, en tot mijn verbazing gaat deze plotseling over in een gloednieuwe snelweg. Dat was niet de bedoeling, maar ik kan er de komende 20km ook niet meer vanaf. Hij staat nog niet eens op de Garmin, maar wijkt al snel af van de weg die ik eigenlijk in gedachten had. Als ik er dan eindelijk vanaf kan kost het me nog een paar kilometer om weer op de goede route te komen, maar ik vind de juiste weg weer. Hierdoor mis ik wel het gebied waar alle klimmers van de camping bezig zijn. Ik had nog wel even willen gaan kijken, maar ik voel er weinig voor om weer 20km terug te rijden.

Intussen begint mijn maag een beetje op te spelen en dat wordt steeds erger. Blijkbaar was het water toch niet zo drinkbaar als ze zeiden, gelukkig heb ik maar weinig gedronken. Af toe heb ik flinke krampen, maar gelukkig kan ik alles van beide kanten binnen houden. Net voor de grens met Bulgarije gooi ik de tank weer vol en haal ik nog wat te eten. Niet dat ik veel trek heb, maar ik moet straks toch wat eten. Ik kom precies uit met het lokale geld, dat is ook weer op.



Bij de eerste pomp over de grens haal ik een vignet voor Bulgarije. Het gaat elektronisch op kenteken, dus ik krijg geen sticker. Omdat ik Bulgarije morgen waarschijnlijk alweer uit ben is 2 dagen wel voldoende. Het is erg warm en benauwd. Ik ben in de buurt van het bronnengebied waar de Bulgaren op de camping het over hadden, maar ik zie geen bordjes en ik heb ook weinig zin om te gaan zoeken. Ook zit ik met deze temperatuur niet echt te wachten op een thermale bron, dus ik geloof het wel. Ik ga verder naar het noorden, richting Sofia. Er zitten veel gaten in de weg, en om die te vermijden neem ik een stukje snelweg die er parallel aan loopt. De snelweg en de N-weg wisselen elkaar continue een beetje af, de omgeving is niet heel uitdagend dus het schiet wel lekker op zo.

Het is drukkend warm, en donkere onweerswolken pakken zich samen. Net voor Sofia krijg ik een felle maar korte bui. Lekker verfrissend, en binnen een paar minuten ben ik alweer droog. Omdat ik nog steeds motorolie zoek heb ik in Sofia een motorzaak opgezocht. De kans op een goede motorzaak leek me het grootst rondom een grote stad, en er zitten er inderdaad genoeg. Ik heb een adres van een Kawasaki en KTM-dealer. Met een liter olie ga ik het wel redden tot huis.

Vanaf de motorzaak ga ik richting een camping voor vannacht. De Garmin stuurt me dwars door Sofia, de hoofdstad van Bulgarije. De echt regenbuien heb ik gemist, maar overal liggen grote plassen water en modder op de weg. Hierdoor is het moeilijk om de diepe kuilen en gaten in de weg te kunnen zien, dus af en toe pak ik er eentje mee. Het geeft de stad ook nogal een troosteloze aanblik, dus ik wil er zo snel mogelijk doorheen. Als ik de stad weer uit ben begint het een beetje te spatten, maar voorlopig zet het nog niet door. Ik haal nog even snel wat boodschappen en neem ook maar een 5 liter vat bronwater mee. Het kraanwater ga ik hier voorlopig even niet drinken. Gelukkig heb ik vanmorgen maar een klein beetje gedronken en de kramp in mijn maag weer gezakt.



Achtervolgd door donkere wolken kom ik aan op de camping. Het is vrij klein en basic, maar het ziet er niet slecht uit. Ik ben tot nu toe de enige kampeerder. De eigenaar spreekt geen Engels, maar met google translate komen we er wel. Nog voor ik mijn tent heb opgezet begint het te onweren en stortregenen. Als ik in dit weer mijn tent opzet kan ik net zo goed gelijk met al mijn spullen in de naastgelegen rivier springen, dus voorlopig wacht ik even onder het afdak van het toiletgebouw. Met bakken komt het uit de lucht. Het duurt zeker meer dan uur, maar volgens de buienradar zou het toch over niet al te lange tijd moeten stoppen. De eigenaar van de camping komt me terwijl ik zit te wachten een bord met kleine gefrituurde visjes brengen. Hij heeft ze zelf gevangen in de rivier naast de camping. Nou maakt de rivier niet echt een hele schone indruk op me, en het ruikt ook niet al te best, maar de bacteriën zullen wel dood gefrituurd zijn. Het is in ieder geval heel vriendelijk en het smaakt ook prima.

Na ongeveer 1,5 uur is het dan eindelijk droog en kan ik de tent gaan opzetten. Al snel trekken de wolken weg en komt zelfs de ondergaande zon nog even door. Het is inmiddels alweer 8 uur, want Bulgarije heeft ook weer een uur tijdsverschil met Macedonië. De laatste week ben ik al meerdere keren van tijdszone gewisseld. Na het eten is het ook alweer vrij snel donker. De paasfestiviteiten laat ik ook voor wat ze zijn. Het is meer dan een half uur rijden voor ik weer in het centrum ben, en ik heb weinig zin om vanavond nog weg te gaan. Ik heb weinig beleefd vandaag, maar dat soort dagen heb je nou eenmaal ook wel eens. Meestal moet ik bij het verslag een selectie van de foto's maken, maar vandaag heb ik er zelfs niet meer dan deze drie gemaakt.






Dag 22, zondag 28 april 2019. Gereden: 290, Totaal: 5747


Door de regen van gisteravond is het nog een beetje nevelig, maar de zon komt er al snel doorheen. Ik ontbijt lekker in de zon, en de tent is alweer zo goed als droog als ik hem inpak. Net voor ik wil vertrekken komt de vrouw van de camping een stuk paasbrood en een geschilderd ei brengen. Heel aardig. Ik pak mijn laatste spullen even in en ga dan op een bankje in de zon zitten voor mijn paasontbijt. In de meeste Balkanlanden vieren ze orthodox Pasen, en dat valt een week later dan bij ons. Wist ik ook niet, maar zo leer je ook nog wat. Met hulp van google translate bedank ik de camping eigenaars, en stap om 10 uur weer op de motor.

Weg 81 naar Montana loopt zowaar over een heuse bergpas. Een prachtige route, alleen het asfalt is niet al te best. Bovenop de pas doe ik een bakkie bij een klein restaurantje, lekker bij de open haard want het is best fris op hoogte. Ik daal de pas aan de andere kant weer af en laat al vrij snel de bergen weer achter me. Via Montana ga ik door naar Vidin. Ik had de hoop hier ergens iets te kunnen eten maar vanwege de paas lijkt alles potdicht. Het centrum van de stad is volledig uitgestorven en geen terrasje is open. Ook bij de burcht van Vidin, langs de Donau, is niets te vinden. Omdat ik er toch ben kijk ik even rond, maar alles is dicht en er is weinig te beleven. Alleen op het strand van de Donau zijn wat mensen aan het wandelen en een enkeling waagt zich zelfs in het water.







Ik nader het drielandenpunt tussen Bulgarije, Roemenië en Servië, en ik ben van plan om vandaag en morgen een stukje stroomopwaarts langs de Donau te rijden. De rivier is tevens de grens tussen Bulgarije en Roemenië, en ook voor een deel de grens van Roemenië en Servië. Eigenlijk wilde ik de Roemeense kant hebben, maar ik zag dat er langs die kant van het water nauwelijks campings zitten. Aan de kant van Servië zitten er genoeg, dus ga ik maar aan die kant van de Donau verder. In Vidin gooi ik eerst de tank nog even vol. Nouja niet helemaal vol, want ik laat de pompbediende zien hoeveel Bulgaars geld ik nog heb en op de cent nauwkeurig gooit hij de tank voor dat bedrag vol.

Een stukje voor de grens stop ik eerst nog even op een zandweggetje tussen wat akkers om iets te eten. Restaurantjes heb ik nog steeds niet gevonden, maar ik heb nog wat brood van gisteren over. Niet echt lekker, maar wel functioneel, en het weidse uitzicht maakt een hoop goed.



De grens ben ik zo over, en ik had nog wat Servisch geld over dus ik kan gelijk door richting camping. De camping ligt prachtig langs de Donau. Ik heb op de grens weer een uurtje terug gekregen, dus het is half 5 als ik aankom. Een keertje wat eerder stoppen is ook wel lekker. Ik krijg eerst een bakkie koffie en nog een geschilderd ei. Engels spreekt de eigenaar niet, maar in het Duits komen we een heel eind. Ik zoek een mooi plekje langs de Donau en op wat vaste campinggasten na sta ik alleen. Langs het water komen veel mensen een stukje wandelen en in het naastgelegen restaurant is het ook nog best druk. Het is zondag en mooi weer, dus iedereen komt even van het mooie weer genieten.



Ik doe even een handwasje en zit nog een beetje in het zonnetje. Vanuit het restaurant komen wat mensen nieuwsgierig kijken waar die wereldreiziger vandaan komt. Wederom krijg ik een aantal geschilderde eieren ze komen een bord met een aantal verschillende stukken taart brengen. Het is hun traditie om met Pasen te delen met iedereen. Ze hebben net een familiefeest in het restaurant gehad en gaan weer naar huis. Een wat oudere man wil alles van me weten, en zijn zoon vertaald. Ik krijg nog een heel verhaal over geloof, wat me om eerlijk te zijn niets interesseert maar wat ik uit beleefdheid aanhoor. Later begint het een beetje irritant te worden, want ze beginnen over de oorlog, en waarom wij de Serviërs overal de schuld van geven, waarom we niet willen dat ze bij de EU komen en of ik geen spion uit het westen ben. Dan ben ik er een beetje klaar mee en kap ik het gesprek maar af.

Na het eten heb ik een paar stukken taart als toetje en zit ik nog wat naar de Donau te staren. Het is een prachtige en brede rivier. Het sanitair is vrij erbarmelijk, maar de douche is in ieder geval warm. Ik snap nooit zo goed waarom ze het zo verwaarlozen. Een keer goed schoonmaken, paar potten latex, wat tubes kit en een paar nieuwe lampen en het zou al een stuk beter zijn. Kost echt niet de hoofdprijs, maar kennelijk vinden ze het niet zo belangrijk. Een hoop zwerfhonden hebben hun weg naar de camping ook gevonden, maar ze laten me gelukkig met rust. Alle etenswaren berg ik op in de koffers, dan trekt dat ze vannacht ook niet aan.

 
Dag 23, maandag 29 april 2019. Gereden: 401, Totaal: 6148

Ik ben vroeg wakker en alles is nog in diepe rust, het is een prachtige ochtend. Het is strak blauw en ik ontbijt lekker in het zonnetje aan de oever van de Donau. Om 08:15 uur ben ik al klaar voor vertrek, erg vroeg voor mijn doen. Ik rij nog een stukje aan de zuidkant van de Donau richting de grens met Roemenië. Bij een bakkerij haal ik wat brood voor vanmiddag, en ik gooi met het laatste Servische geld de tank nog even vol. Net voor de grens passeer ik nog een grote brandende vuilnisbelt. De rook zie ik al vanaf kilometers hangen maar gelukkig trekt het van me weg. Hoe mooi deze landen ook zijn, dit soort dingen zijn wij niet gewend maar zijn hier de normaalste zaak van de wereld.



Via de Novi Sip stuwdam steek ik de Donau over, en dit is tevens de grens met Roemenië. De grens ben ik zonder moeite over. Een Roemeense Douanier mompelt nog iets van Hollanda drugs, cocaïne. Ik mompel terug, maak alles maar lekker open als je het niet vertrouwd, volgens mij is het jullie soort wat voor de meeste drugscriminaliteit in Nederland zorgt. Hij verstaat het uiteraard niet, en maakt geen aanstalten om iets te checken. De laatste keer deze reis kom ik de EU weer in, en daar blijf ik uiteraard ook.





Ik rij een prachtige route langs de Donau. Het begint nog druk met veel vrachtverkeer, maar al snel buigt de doorgaande route af en worden mijn wegen smaller en rustiger. Niet alleen de wegen worden smaller, ook de Donau. De rivier perst zich hier door een smalle kloof, de ijzeren poort genoemd. Prachtig mooi is het hier, maar daardoor ook toeristisch. Veel bootjes met voornamelijk Aziatische toeristen.

Net voor de Donau afbuigt en Servië ingaat sla ik af het binnenland in. Ik krijg een erg mooie onverharde weg. Prima te rijden, leuke afwisseling. Als ik na ongeveer een half uur weer asfalt onder de banden heb stop ik langs een riviertje om wat te eten. Ik pak de kaart en de Garmin er even bij, maar de route die ik in gedachten had blijkt wel erg lang te zijn. Volgens de Garmin nog 4,5 uur rijden, en het is al 14:30 uur. Dat wordt niks, want die 4,5 uur is nog exclusief stops dus daar kan je zo nog meer dan een uur extra bij optellen. Ik stippel op de kaart een andere route uit, maar wat ik ook probeer in te voeren op de Garmin, hij wil er niet overheen. Uiteindelijk pas ik hem nog iets aan en begint het ergens op te lijken. Het is alsnog 200km rijden, dus ik ben nog wel even bezig.

De Garmin stuurt me een onverharde route op. Altijd leuk, maar het wordt steeds slechter. Ik ben blijk dat het droog is, want aan de opgedroogde modder te zien wil je hier niet zijn als het nat is. Het is leuk rijden, maar opschieten doet het totaal niet. Als ik weer op een verharde weg uitkom sta ik ineens weer aan een grensovergang naar Servië. Dat was niet de bedoeling want ik heb geen zin om de grens weer terug over te gaan. De Garmin lijkt een beetje van het padje te zijn. Dan maar gewoon oldskool de borden volgen. Ik moet sowieso richting Timisoara, en dat staat gelukkig goed aangegeven, nog 110km.



De eerste 50 kilometer is de weg extreem slecht. Overal gaten en kuilen. Ik heb onverharde wegen gereden die beter waren dan deze geasfalteerde weg. In de dorpjes veel zwerfhonden, die er hier in Roemenië ook een sport van maken om achter je aan te rennen. In andere landen deden ze dat nergens, hier doen ze het bijna allemaal. Als ik op een grotere doorgaande weg uitkom wordt het asfalt gelukkig een stuk beter en kan ik wat meer gang maken. In Timisoara gooi ik de tank nog eens vol en doe bij de pomp gelijk een bakkie. Campings zijn er hier in de buurt nergens, dus ik moet nog een uurtje doorrijden. Niet helemaal op de meest logische route, maar het rijdt redelijk door. Vlak voor ik op de camping aankom pin ik nog even wat geld en ik haal nog een nieuw vat drinkwater en wat te eten.

De camping is prima, het is blijkbaar van Nederlandse eigenaren want overal is de tekst in het Nederlands. Bij de receptie is niemand, maar een andere kampeerder zegt dat ze waarschijnlijk vanavond wel terugkomen. Ik zoek een plekje op een wat hoger stuk van het veld, want voor vannacht en morgen voorspellen ze een hoop regen. Voorlopig is het nog goed te doen. Er is een grote tent met picknickbanken, verlichting en stopcontacten, dus ik heb mijn plek voor vanavond wel gevonden. Ik kan alles weer even opladen en ik heb alle ruimte om te koken. Terwijl aan de ene kant van de camping de zon prachtig ondergaat, komt er aan de andere kant een buitje aan drijven en is zelfs een vage regenboog te zien. Gelukkig blijft het bij wat enkele spatten. De camping ligt een beetje in een uithoek, dus erg veel er is niet te doen. Ik hou het de rest van de avond dus maar bij een beetje netflixen.








Dag 24, dinsdag 30 april 2019. Gereden: 197, Totaal: 6345


De verwachtte regen blijft tot nu toe gelukkig uit, maar voor vandaag is de voorspelling ook niet al te best. Voorlopig is het in ieder geval nog droog. Ik kan nog droog ontbijten, maar zodra ik begin met het opruimen van de spullen en het opruimen van de tent begint het te regenen. Dat is jammer. Ik verplaats alles zoveel mogelijk naar de grote tent waar ook de picknickbanken staan, en zo kan ik alles alsnog redelijk droog inpakken.

Inmiddels is ook de beheerder aangekomen en moet ik nog even afrekenen. Het blijkt dat de eigenaren een Roemeense man met een Nederlandse vrouw. Ze wonen zelf momenteel weer in Nederland, maar de zoon van de man runt de camping momenteel. Hij heeft ook een tijdje in Nederland gewerkt en gewoon dus spreekt wat Nederlands, en goed Engels. We staan een tijd te praten over Roemenië, de omstandigheden in het land, de niet al te goede naam die de Roemenen in de rest van Europa hebben en de slechte lonen in het land zelf waardoor veel mensen naar het westen trekken. Roemenen die hoog zijn opgeleid verdienen in hun eigen land een schijntje van wat ze in bijvoorbeeld Nederland verdienen met werk in kassen. Ze verdienen hier zomaar 4x zoveel voor werk wat ook nog van lager niveau is dan waarvoor ze zijn opgeleid. Als je het van hun kant bekijkt snap ik het wel, en wij willen dat werk toch niet doen.

Al met al is het alweer 12 uur als klaar ben om te vertrekken, en ik word gelijk getrakteerd op een stevige hoosbui. Gelukkig is de ergste bui snel over, al blijft het wel nog wat regenen. Ik ga langs Arad en richting de grens met Hongarije. Ik kies bewust een paar binnenweggetjes naar een wat kleinere grensovergang want de overgang langs de doorgaande weg zal wel druk zijn. Voor de grens eet ik nog wat in een restaurantje en koop bij de pomp nog wat blikjes drinken om het Roemeense geld op te maken. De tank zit nog zo goed als vol.

De grens is zoals verwacht inderdaad vrij rustig. Je komt hier de Schengenzone weer binnen, dus de controle is wat grondiger. Ik moet wel even aansluiten, maar het oponthoud valt mee. Mijn paspoort is nog nooit zo vaak gecontroleerd als de laatste paar weken, maar als het goed is, is dit de laatste keer deze reis. De rest van de middag wisselen harde en zachte regen elkaar af, maar helemaal droog wordt het eigenlijk niet. Bij Szeged heb ik wel wat last van spoorvorming en veel diepe plassen op de weg, dus ik doe het rustig aan.



Ik wil richting het Balatonmeer, maar de afstand vond ik vanuit Roemenië iets te lang om in één dag te rijden. Ik heb in het midden nog een overnachting gepland. Hongarije heeft heel veel campings, en in de campingapp was ik het overzicht een beetje kwijt. Daarom ben ik op google gaan zoeken op “camping Hongarije”. Een van de eerste hits zag er goed uit, lag ook nog eens op mijn route en min of meer in het midden. De recensies hadden het over een prachtige camping midden in de natuur, en dat is precies wat ik zoek.

Het laatste half uurtje is het redelijk droog. In een kleine buurtsuper haal wat te eten voor vanavond. Het assortiment is niet erg groot, maar ik verhonger in ieder geval niet. Dat was sowieso niet gebeurd want ik heb altijd nog een noodrantsoen bij me, maar die hou ik zoveel mogelijk achter de hand. Om half 5 kom ik aan bij camping Oasis Tanya. Oasis is in dit geval geen woord teveel gezegd. Vanaf de ook al niet drukke doorgaande weg, moet ik over een zandpad ook nog eens 2 kilometer de natuur in, voor ik bij een prachtige open plek in het bos kom. Echt een pareltje in de natuur! Dit zijn precies de plekken waar ik van hou.

De eigenaren zijn Nederlands en ik word zeer vriendelijk ontvangen door gastvrouw Tineke. Eerst een bak koffie aan de keukentafel en even de aanmelding regelen. Als ik wil kan ik vanavond nog mee-eten. Eigenlijk moet je daar vooraf voor aanmelden, maar er is nog plek voor vanavond. Dat laat ik me geen tweede keer zeggen. Ik krijg een consumptielijst en kan gewoon uit de koelkast pakken wat ik wil. We zitten nog even te kletsen, het regent toch weer, en komen op mijn plan om morgen naar het Balatonmeer te gaan. Tineke raadt me dit eigenlijk af, omdat het allemaal een beetje vergane glorie is, er alleen maar Duitsers zitten en er in deze tijd van het jaar echt nog niks te beleven is. Volgens haar kan ik beter een bezoekje aan Boedapest brengen. Het is 1,5 uur rijden vanaf hier en ze hebben een camping midden in de stad. Dat spreekt me ook wel aan. Dan rij ik morgenochtend die kant op, zet mijn tent op en doe dan een half dagje Boedapest. Precies genoeg om een indruk te krijgen en het kost me niet gelijk weer een hele dag. Plannen gewijzigd dus.



Het is inmiddels half 6, en om 6 uur staat het eten klaar. Ondanks de regen dan toch maar snel de tent opzetten. Met een tent waarbij je de binnentent eerst moet opzetten is regen niet echt een pretje, maar er is geen andere optie en het lijkt voorlopig ook niet droog te worden. Regenpak aan en dan ga ik er maar voor. Al mijn natte kleding hang ik uit onder de overdekte zithoek, maar eten doen we binnen. Om 6 uur zit ik aan tafel met de eigenaren en nog wat andere kampeerders. Het is gezellig en het eten is prima. Na een uurtje gaat iedereen weer zijn eigen weg en is het gelukkig ook droog geworden. Mooi moment om nog even een rondje te lopen. Vanaf de camping loop je zo de Poesta, de Hongaarse laagvlakte op. Het is laag begroeid steppenlandschap en lijkt wel een beetje op de open vlaktes die je op sommige plekken op de Veluwe hebt, maar dan groter. Ik ben nog maar net buiten de camping als er vanuit de struiken een Das op me af komt rennen. Hij lijkt me niet in de gaten te hebben, zodat ik de tijd heb om mijn telefoon te pakken. Een paar meter voor mijn voeten blijft hij opeens als verstijfd staan, en omdat ik de camera al in de aanslag had krijg ik hem er haarscherp op. Na een paar seconden neemt hij weer de benen. Ik heb er ooit één van grote afstand gezien, en al een hoop als roadkill, maar nog nooit levend en zo dichtbij. Mooi! Later staat er nog een hert vlakbij me, en zie ik er in de verte nog een paar rondhuppelen. Altijd leuk. Redelijk dichtbij hoor ik geblaf wat, van wat ik me later laat vertellen, van Jakhalzen is, maar ze laten zich niet zien. Na een uurtje lopen schemert het inmiddels behoorlijk en zoek ik de camping weer op.




 
Hollanda drugs.
Het zijn die smerige Oost - Europese bendes die hier alles stuk maken.
Hij zou beter zijn eigen criminele landgenoten aan de grens tegenhouden en return to sender moeten doen.
 
Laatst bewerkt:
Dag 25, woensdag 1 mei 2019. Gereden: 168, Totaal: 6513.

Ik ben om 7 uur wakker, maar de verse broodjes zijn pas om half 9 klaar. Eerst nog maar even een rondje wandelen. Het zonnetje schijnt weer, dus als de broodjes klaar zijn ontbijt ik lekker in de zon. Dan de spullen weer inpakken en de rekening betalen. Gelukkig kan het in euro’s, want mijn pas is gisteren tot 3x toe geweigerd bij de geldautomaat. Het was een prachtige camping en ontzettend vriendelijke eigenaren. Om 10 uur ben ik klaar en ga ik richting Boedapest. Eerst nog even langs de pomp...




Ik vermijd de snelweg, want net als in Bulgarije moet je een elektronisch vignet hebben en die heb ik niet. Ik heb wel geprobeerd er een te kopen, maar dat moet bij een automaat bij een tankstation. Hoewel de tarieven voor motoren wel worden aangegeven, kan ik in de automaat alleen maar kiezen voor auto’s en die zijn 3x zo duur. Dat vind ik een beetje zonde voor twee dagen. In een kleine 3 uurtjes, inclusief stop bij een pinautomaat (waar ik dit keer gelukkig wel geld krijg) en een korte pauze, rij ik naar camping Haller in het centrum van Boedapest. Stadscampings zijn meestal niet de meeste mooie campings, maar het is wel praktisch en het voldoet prima. Ik sta tussen hoofdzakelijk campers, maar voor een nachtje maakt het weinig uit. Ik zet snel de tent neer, doe nog een handwasje en lunch nog even op de camping. De regen van gisteren is al lang weer vergeten en het is heerlijk weer.

Ik had gedacht dat het centrum wel op loopafstand was, maar dat blijkt toch nog iets te ver weg. In 5 minuten loop ik naar de metro, en na 5 haltes zit ik midden in het centrum. Bij elkaar nog geen half uur. Het is 1 mei, Dag van de Arbeid. In Nederland doen we daar niks mee, maar hier in de stad zijn er een hoop festiviteiten. De hoofdstraat is afgesloten voor een soort race-evenement, maar het is zo druk dat ik nauwelijks iets kan zien. Ik heb maar beperkt de tijd, dus gisteren heb ik aan Tineke gevraagd wat handig is om te doen. Volgens haar is het leuk om een rondje via beide bruggen over de Donau te lopen, dus dat ga ik doen. De stad bestond vroeger uit 2 delen, Boeda aan de westoever, en Pest aan de oostoever. Later is het samengevoegd tot één stad. Via de kettingbrug steek ik eerst de Donau over en loop een rondje door de oude Burcht en het bekende Vissersbastion. Vanaf hier heb je ook een mooi uitzicht op het imposante Parlementsgebouw aan de andere kant van de Donau. Dan loop ik langs het water naar de volgende brug, de Vrijheidsbrug. Hier steek ik weer over en loop aan de andere kant van het water, langs het Parlementsgebouw weer terug naar waar ik ben gestart. Het lijkt een klein stukje, maar ik doe toch bijna 3 uur over het rondje.









Boedapest staat ook bekend om zijn vele badhuizen, waarvan het Széchenyibad wel de bekendste is. Ik hou erg van thermische bronnen en sauna’s, dus ondanks de vele toeristen wil ik het wel eens zien. Het is tot 22:00 uur open, dus dat is een mooie besteding van de avond. Dat had ik vooraf natuurlijk al bedacht, dus mijn zwembroek en slippers heb ik al bij me. Het avondarrangement is geldig vanaf 19:00 uur, dus ik heb nog een klein uurtje de tijd om nog even wat te eten. Goulashsoep natuurlijk, want dat hoort er toch wel een beetje bij als je in Hongarije bent. Ik kom precies uit met de tijd, dus een paar minuten over 7 sta ik in het badhuis.

Drie grote buitenbaden, maar die zijn erg druk dus dat geloof ik wel. Binnen een hoop kleine thermische baden in verschillende temperaturen en met allerlei heilzame werkingen. Dat geloof ik nooit zo, maar het is wel relaxt om een avondje te badderen. Afgewisseld met een stoombad, sauna en een beetje relaxen op een ligbed. Het lijkt wel vakantie. Tegen sluitingstijd wordt iedereen verzocht te vertrekken, en eenmaal buiten ga ik weer richting metrohalte. Om 22:45 uur ben ik weer terug op de camping, haal de was binnen en zoek mijn bed op. Morgen wordt het toch tijd om een beetje meters te gaan maken, want over uiterlijk 4 dagen moet ik weer thuis zijn. Wil ik een beetje rustig kunnen rijden heb ik daar naar schatting wel een dag of 4 voor nodig.



Dag 26, donderdag 2 mei 2019. Gereden: 577, Totaal: 7090

Ik haal verse broodjes bij de receptie, en alweer ontbijt ik lekker in het zonnetje. Mijn Sloveense overbuurman komt nog even een praatje maken. Hij is ook motorrijder en gaat ook graag solo met motor en tentje de bergen in. Precies wat ik ook het mooiste vind, alleen woont hij wel een stuk dichter bij de mooiere delen van Europa. Hier is hij nu echter met het gezin en camper, het kan niet altijd feest zijn. We hebben genoeg gespreksstof en hij nodigt me nog uit om met hem en zijn gezin te ontbijten. Jammer maar ik bedank er toch voor. Ontbijten heb ik al gedaan, en ik wil ook een beetje gaan opschieten vandaag.

Om 10 uur ben ik weg en ga ik richting de grens met Oostenrijk. Nog 188km tot de grens. Ook al wil wat kilometers gaan maken, ik heb nog steeds geen vignet dus ik zal de snelwegen moeten vermijden. Toch schiet het ook over de binnenwegen nog redelijk op. Net voor de grens gooi ik de tank nog even vol, want het is goedkoper dan in Oostenrijk. Inmiddels ben ik weer binnen Schengen, dus zonder stoppen kan ik de grens over. Direct naast mijn route ligt de grensovergang van de snelweg van Boedapest naar Wenen, met een groot tankstation en parkeerplaats. Ik kan precies tussen de paaltjes doorsteken naar het tankstation aan de snelweg. Hier haal ik even een vignet voor Oostenrijk, die kost maar een paar euro. Bovendien vind ik het noordelijke stuk van Oostenrijk helemaal niks aan, dus ik ga een middagje kilometers vreten op de snelweg. Nog een bak koffie en een broodje en ik kan weer op pad.

Een paar dagen terug had ik een beetje zitten rekenen, en ingeschat dat ik zeker wel 1,5 dag nodig zou hebben om vanaf het Balatonmeer door Oostenrijk naar het Zuiden van Duitsland te komen. Als ik tijd genoeg heb wil ik in Duitsland nog wel een stukje van de Berchtesgadener Alpen meepakken. Nu ik nog eens zit te rekenen blijkt het vanaf Boedapest toch wel iets korter te zijn dan vanaf het Balatonmeer. Salzburg is vanaf hier nog 350 kilometer, dat is met een paar uurtjes snelweg nog best haalbaar vandaag. Had ik eigenlijk niet verwacht, en dat betekend dat ik eigenlijk al een dag eerder bij de Duitse grens ben. Aankomsttijd zonder oponthoud is 18:15 uur, dat is prima te doen. Dan gaat de blik maar een paar uurtjes op oneindig. Vlakbij Wenen moet ik vanwege wegwerkzaamheden omrijden en word ik over een drukke binnenweg door de stad gestuurd. Het is heet en erg druk, kost me wat tijd maar de schade blijft beperkt.

Bij Linz gooi ik de tank nog eens vol en maak me op voor het laatste deel van de etappe. Ik zit een beetje na te denken over hoe ik de komende dagen ga invullen. Omdat ik eigenlijk boven verwachting snel door Oostenrijk ben kan ik ook doorrijden naar Berchtesgaden en daar morgen een extra dagje blijven hangen. Ik wil de Rossfeld Panoramastrasse nog eens rijden, en Hitlers adelaarsnest bezoeken. Beiden ben ik jaren terug al geweest, maar toen was het heel slecht weer en bij slecht weer in de bergen heb je er weinig aan. Nu kom ik er zo goed als langs, en aangezien ik onverwacht nog een extra dag in de bonus heb kan ik me daar nog wel een dag vermaken. Dus tik op de Garmin een camping in Berchtesgaden in, waar ik om 19:10 uur aankom. Niet verwacht dat ik vandaag al in Duitsland zou raken.



Het was een lange dag en koken heb ik geen zin meer in. Tot half 9 kan ik nog in het restaurant op de camping eten, dus ik zet even snel de tent op ga die kant op. Ik merk toch wel dat het een lange dag was, bijna 600km op de klok vandaag. In het ondergaande avondzonnetje geniet ik van een heerlijke schnitzel mit kase und salami uberbacken, gepofte aardappel en salade. Op het terras check ik nog even de weersvoorspelling voor morgen, en die blijkt helaas niet best. De ober in het restaurant geeft me nog wat tips om in de omgeving te doen, maar als ik vraag naar het Kehlsteinhaus blijkt die nog gesloten vanwege de sneeuw. Waarschijnlijk gaat hij pas half mei open. De Panoramastrasse is wel open, maar daar heb ik met slecht weer ook weinig aan. Van mijn plannen voor morgen gaat waarschijnlijk niet veel terecht komen. Toch blijf ik wel een dagje hangen, ik vermaak me toch wel en het is wel lekker om de terugreis een beetje op te delen. Om half 10 begint het een beetje te spatten en kruip ik de tent maar in. Nog een beetje MF’en en dan richting de douche. Het is een erg luxe camping trouwens, zal wel niet goedkoop zijn.

 
Ik heb in mn hangmat op vakantie, je verhalen gelezen de afgelopen weken... Geweldig, dankjewel voor de smakelijke verhalen.
 
Dag 27, vrijdag 3 mei 2019. Gereden: 80km, Totaal: 7170

De voorspelling is helaas uitgekomen, het is een druilerig begin van de dag. Eerst maar eens verse broodjes halen en ontbijten. Later op de dag zou het droog moeten worden, dus ik doe het maar even rustig aan. Geen zin om in de regen te rijden vandaag. Ik heb al medelijden met de motorrijders naast me die wel in de regen hun boeltje staan te pakken. Wat waardeloos is dat toch in de regen! Na het eten ga ik eerst wat baantjes trekken in het verwarmde buitenzwembad, dan heb ik toch geen last van de regen. Na een half uurtje lijkt het een beetje droog te worden, dus maak ik me op om een rondje te gaan rijden. Het is inmiddels een uur of 11. Zodra ik op de motor zit begint het natuurlijk weer te spatten, maar nu ga ik er maar gewoon voor.

Ik rij eerst langs Berchtesgaden naar de Koningssee. Er is een mooie motorparkeerplaats, zelfs met kluisjes voor je helm en kleding. Er moet 2 euro in, wat ik niet heb, maar ik heb nog wat wazige munten van verschillende landen van de afgelopen weken in mijn zak, en daarvan werkt er een. Ik slenter een beetje langs de souvenirwinkeltjes en probeer de lokale ijsspecialiteiten uit. Dan loop ik een klein half uurtje naar een uitzichtpunt over het meer. Het is inmiddels droog, maar nog steeds zwaar bewolkt, dus het uitzicht is wat beperkt.




Gelukkig blijft het even droog, dus ga ik richting de Rossfeld Panoramastrasse. Uitzicht zal ik niet hebben, dat is wel jammer maar het is niet anders. 5 euro tol en ik mag de weg op. Jaren geleden was ik hier ook al eens, toen met ongeveer hetzelfde weer. Het is me blijkbaar niet gegund. Delen van het asfalt beginnen wel een beetje op te drogen, dus ik kan nog best leuk rijden. Langs de weg ligt nog erg veel sneeuw, en het smeltwater loopt precies in de bochten over de weg. Oppassen dus. Door mistbanken en tussen meters sneeuw vermaak ik me alsnog wel, het is alleen jammer van het uitzicht. Ik had gehoopt hier ergens wat te kunnen eten, maar alle berghutjes langs de route zijn nog gesloten. Als ik aan de andere kant weer bij de slagboom uitkom maak ik een draai en ga nog een keer omhoog. Het is toch rustig en ik heb gezien dat ik geen verrassingen op de weg tegen kom, dus ik kan nog even een beetje gas geven.






Op het hoogste punt keer ik weer om en ga weer terug naar beneden en de slagboom weer door. Omdat ik nog steeds niks heb gegeten en ook de andere restaurantjes op de Obersalzberg gesloten zijn, ga ik in Berchtesgaden maar wat eten. Ik hou het bij een simpele bakkerij met kleine bistro. Nog een keer Goulashsoep, al vind ik deze zelfs nog beter als in Hongarije zelf. Nog wat lekkere broodjes voor later vanmiddag mee, en dan wil ik weer vertrekken. Ik sta net buiten als er een enorme stortbui losbarst. Het komt met bakken uit de lucht, dus ik blijf nog even onder de overkapping van de bakkerij schuilen.

Omdat het er niet uitziet alsof het snel droog gaat worden trek ik mijn regenpak maar aan, en ga weer terug richting de Obersalzberg. Hier ga ik even rondkijken in het informatiecentrum over de berg waar Hitler en vele andere Nazikopstukken hun huizen hadden. Ook hier ben ik ooit al eens geweest, maar dat is al meer dan 10 jaar geleden. Helaas is het Kehlsteinhaus gesloten, maar met dit weer had ik er toch weinig aan gehad. Ik overweeg nog even om illegaal zelf het weggetje naar boven te rijden, want met de motor kan ik wel tussen de paaltjes door. Omdat er wel erg veel camera’s en verse bandensporen staan zie ik er maar vanaf, waarschijnlijk zijn ze sneeuw aan het ruimen.



Ik toer nog een beetje door de omgeving, en haal in de supermarkt nog wat boodschappen voor vanavond. Tegen een uur of 5 ga ik weer terug naar de camping. Op een paar flinke buien na is het redelijk droog gebleven, dus het was nog best te doen. Ik had het slechter verwacht. De namiddag en avond ga ik nog even relaxen in de sauna van de camping. Het is tot 20:00 uur open, dus eten doe ik daarna wel. Het kost niks extra, of eigenlijk betaal je er dus sowieso voor. Als saunaliefhebber laat ik dat natuurlijk niet aan mijn neus voorbij gaan. Het is een mooie ruimte, met 2 sauna’s, stoombad een relaxruimte. Hier kan ik enorm van genieten. Om 8 uur sluit de boel, en ga ik opgefrist en helemaal zen weer terug naar de tent. Nog snel even wat eten en een beetje in de tent hangen. Het blijft een beetje spatten, dus er is weinig anders te doen. Morgen komt toch echt het moment dat ik weer richting huis moet. Nog precies 1000 te gaan. Ik trek er 2 dagen voor uit, maar morgen hoop ik de grootste stap te maken zodat ik zondag nog een beetje op tijd thuis ben.



Dag 28, zaterdag 4 mei 2019. Gereden: 630km, Totaal: 7800


Vandaag de onvermijdelijk dag dat ik toch weer richting huis moet. Ik mag niet klagen na 4 weken, maar de tijd is echt wel omgevlogen. Natuurlijk eerst even ontbijten en de spullen inpakken, en dan ga ik op pad. Er is weer regen voorspelt, maar voor alsnog is het redelijk droog.

Tanken heb ik gisteren al gedaan, dus ik kan gelijk op weg. Via Bad Reichenhall ga ik de snelweg op, en kan het grote kilometervreten beginnen. Bij de Chiemsee stop ik even voor een bakkie. Wel wat vroeg want ik ben pas net op pad, maar ik vind het altijd wel leuk om hier even te stoppen. Het weer is zelfs wat opgeknapt, want hoewel er om me heen de nodige buien hangen zit ik lekker in de zon. Ik zou best nog even willen blijven zitten, maar dan kom ik nooit ergens vandaag. Die thuisreis is toch altijd weer een dingetje. Lange dagen rijden vind ik helemaal niet erg, maar als je weet dat je naar huis gaat wil je er eigenlijk gewoon zo snel mogelijk zijn. Het blijft toch een beetje verplicht kilometers maken.




Af en toe krijg ik een bui op mijn kop, en soms passeer ik donkere regenluchten maar op een haartje. Af en toe even stoppen om de benen te strekken, maar verder gewoon gaan. Als het tijd is om wat te eten hangt er net een enorme bui in de lucht. Ik gooi de motor even vol, maar bij het tankstation kan ik helemaal nergens droog staan. Dan maar even de afrit af en in het dorpje wat zoeken. Onder een paar grote bomen sta ik nog redelijk droog en kan ik even wat eten. Regenpak had ik al aan, na het eten kan ik gelijk weer verder.

Later op de dag lijkt het wat beter te worden en rij ik wat langere periodes in de zon. Net voorbij Frankfurt Am Main heb ik in Limburg an der Lahn een camping uitgekozen. In het stadje gooi ik eerst de tank weer even vol, want als ik ergens een hekel aan heb is het als ik de volgende ochtend bij vertrek meteen moet tanken. Dan moet ik ook nog even een pinautomaat zoeken, want Duitsers kennende kan je op de camping vast niet pinnen. Ondertussen hangt er precies boven het stadje een flinke regenbui, waarvan ik hoop dat ik hem net mis. Elk verkeerslicht lijkt wel een uur te duren, maar ik red het nog droog tot aan de camping. Ik heb het gevoel alsof ik de hele dag heb gereden, maar toch heb ik slechts 630 kilometer gemaakt. Maakt niet zo heel veel uit, een kleine 400km voor morgen is prima te doen, maar voor mijn gevoel heb ik veel meer gereden.

Helaas red ik het net niet om de tent droog op te zetten. Terwijl ik bezig ben begint het te regenen. Achteraf had ik beter een kwartiertje kunnen wachten, maar dat wist ik vooraf natuurlijk niet. Ik zet hem snel op en gooi alles naar binnen. Ik ga eerst even wat eten, want het restaurantje op de camping is eigenlijk maar tot half 8 open. Ik heb net gevraagd of ze nog even konden wachten, en dat was geen probleem. Om kwart over 7 zit ik binnen. Weekmenu is schnitzel, overbakken met asperges, Hollandaisesaus en kaas, vast een goede om je hartkleppen te smeren, maar wel erg lekker. Omdat het restaurant al helemaal leeg is staat het zo op tafel, en omdat ze eigenlijk dicht willen sta ik ook vrij snel weer buiten.




Het is 4 mei, en om half 9 realiseer ik me dat ik de dodenherdenking ben vergeten. Vanmiddag dacht ik er nog aan, maar daarna ben ik het vergeten. Een beetje beschaamd, want normaal sta ik er altijd bij stil. De avond is droog en het klaart zelfs een beetje op. Het wordt behoorlijk fris. Ik loop nog een klein rondje over de camping. Er staan veel Nederlanders met seizoensplaatsen. De camping ziet er op zich prima uit, maar ik zou niet weten waarom je een seizoen lang op deze plek zou willen staan want verder is er volgens mij niets te beleven.

Als ik voor ik na bed ga nog even wil douchen loopt het niet helemaal lekker. Het werkt met muntjes, maar de douche wordt totaal niet warm. Na een tijd lang doorspoelen probeer ik het eens met de koude kraan, en die wordt na verloop van tijd wel warm. Moeilijk hoor, de leidingen goed om aansluiten. Als hij dan eindelijk warm is, zijn de helft van de 5 minuten al voorbij. Net als ik helemaal onder het sop sta stopt hij ermee, en doet gelijk helemaal niks meer. Ook de koude kraan werkt niet meer. Ik probeer me een soort van af te drogen, trek maar weer wat kleren aan, en ga naar de receptie. Er hangt een bel voor noodgevallen, en dit vind ik noodgeval genoeg. De eigenaren wonen naast de receptie, en ik krijg een nieuw muntje. Als je eenmaal weet dat je de koude kraan moet gebruiken voor warm water is het een prima douche. Gelukkig toch nog een warme douche voordat ik voor de laatste nacht van deze reis in mijn tentje kruip, want het is best koud buiten.


Dag 29, zondag 5 mei 2019. Gereden: 389, Totaal: 8189

Nog één keer verse broodjes, nog even rustig ontbijten en dan de zooi inpakken. Het zou droog moeten blijven, maar het is weer een beetje regenachtig. Vandaag maakt het me niet uit meer uit hoe alles de koffers in gaat, vanavond kan alles toch drogen. Pinnen kon inderdaad niet, dus het is maar goed dat ik gisteren nog wat geld heb gehaald.

Dan kunnen we op weg voor het laatste stukje. Het blijft gelukkig redelijk droog onderweg. Is gewoon verstand op nul en de blik op oneindig. Je stelt je in op de afstand die je moet rijden, het laatste uurtje duurt altijd een eeuwigheid, of je je nou richt op 400 of 800 kilometer.

Ik rij langs Düsseldorf, waar het precies 4 weken geleden allemaal begon, en door naar de grensovergang bij Zevenaar. Bij Emmerich nog even eraf om de laatste keer te tanken, en dan door voor de laatste 150 kilometer. Het verloopt prima vandaag, het is zondag dus rustig op de weg.

Om half 3 rij ik thuis de parkeerplaats op. Bijna op de minuut af 4 weken nadat ik vertrok. De eindstand staat op 8189 kilometer en de motor heeft het perfect gedaan. Los van de afgebroken GPS-houder en een deuk in de koffer (maar dat is mijn eigen schuld), helemaal zonder enige problemen. Best trots op mijn trouwe eenpitter die inmiddels al een dikke ton op de teller heeft staan.







Het was een prachtige reis, de 4 weken zijn werkelijk omgevlogen! Heerlijk om weer lekker onderweg te zijn en nergens anders aan te denken dan aan motorrijden en waar je vanavond weer zal slapen. Een verre motorvakantie zo vroeg in het jaar is goed te doen. Een aantal keer moeten omkeren vanwege de sneeuw, maar niet zo erg dat ik heel mijn route moest aanpassen. Vooral de bergen van Montenegro en Albanië heb ik daardoor niet echt kunnen verkennen, dus daar zou ik dan ook zeker nog wel eens terug naartoe willen. Het oosten van Europa is me erg goed bevallen. Het is een heel andere wereld dan wij in het westen gewend zijn, terwijl het toch zo dicht bij huis is. In voormalig Joegoslavië natuurlijk nog heel veel sporen van oorlog en armoede. Paard en wagens op de weg en mensen die nog met de hand of met vee het land bewerken. Toch zijn ze overal ontzettend vriendelijk en gastvrij en proberen ze er overal iets van de te maken. Hier in Nederland hoor je vaak alleen de negatieve verhalen, maar ik heb totaal geen slechte ervaringen gehad. Ook het verkeer is me 100% meegevallen. Ik kan niet één bepaald land noemen waar ik het meest van verrast was, de hele regio vond ik erg mooi. Heel erg bergachtig en prachtige natuur. Jammer dat ze zelf zo’n zootje van die landen maken. Sommige landen ben ik wat sneller doorheen gegaan of heb ik slechts voor een klein deel gezien. 4 weken is lang, maar zelfs dan moet je keuzes maken. Ik wilde vooral een indruk van dit deel van Europa krijgen en eens kijken in welke landen ik nog eens wat langer zou willen blijven. Ik denk dat dit redelijk gelukt is. Vooral Montenegro en Albanië staan voor de toekomst nog zeker op de lijst.

Voor de statistieken:
  • 8189 kilometer
  • 13 landen
  • 29 dagen
  • 28 overnachtingen
  • 26x tent, op 20 campings
  • 1x hotel
  • 1x trein
  • €1484,33 all-in
 
Nou Niels ,
mooi !
We hebben lekker kunnen meegenieten van al je avonturen.
Een maand is al iets en het gaat allemaal vrij snel eenmaal je vertrokken bent.
Dat je de laatste dag graag snel thuis wilt zijn herken ik ook , alsof je de stal ruikt die thuis noemt en geen enkel pilletje helpt hiertegen.
Eigenlijk je eindbedrag 1484.33 harde euro's , het is natuurlijk een behoorlijk bedrag maar als je dan bekijkt hoeveel dagen je op de hort bent geweest en het aantal km's dat je hebt gereden , de landen die je hebt bezocht .
Kortom alles vind ik het wel meevallen.
Maar dat is natuurlijk mijn idee erover.
Het denken aan de volgende reis is misschien al aan het rijpen in je hoofd en misschien al op papier ?
.
 
Heel gaaf reisverslag! Dank voor delen. Goede en nuttige informatie.

En voor de lezers: maak zelf ook een reisverslag van jouw reis ook al is die (of vind jezelf) minder spectaculair of zoiets.

Over ca 3 weken ga ik een ronde doen in de Zuidfranse-Alpen met tent en een Honda CB500 en zal daarvan zeker een reisverslag maken.
 
Ik maak van mijn trips verslagen maar die staan allemaal op Nederlandse Pan forum.
Al zeg ik het zelf , ben vrij actief in dit soort zaken.
Wie die graag wilt lezen kan altijd een kijkje nemen st1100-1300.eu
Toertochten naar reisverslagen en onder dezelfde nickname als hier.
Veel leesplezier !
 
Laatst bewerkt:
Iedereen heel erg bedankt voor alle leuke en positieve reacties!


Het is inderdaad een best bedrag, maar ik was er ook zeker niet ontevreden over. Ik moet zeggen, ik hou me er onderweg ook niet mee bezig hoor, het is achteraf even een kwestie van het rekeningoverzicht erbij pakken en bij elkaar optellen. Ik vind het vooral leuk om te weten. Nu waren dit natuurlijk vooral goedkope landen, een aantal jaar terug was ik 4 weken in Noorwegen en dan ben je uiteraard aanzienlijk meer kwijt. Dit jaar een aantal overnachtingen van 3 en 5 euro per nacht gehad, dat haalt het gemiddelde lekker naar beneden. Maar het gaat mij er vooral om dat je geniet en het naar je zin hebt!

De volgende reis zit er inmiddels alweer op, ben twee weken terug weer naar het Stella Alpina treffen in Italië geweest. Daarom duurde de update halverwege dit verslag wat langer. Ook het nieuwe verslag ligt zo goed als klaar, alleen heb ik nauwelijks foto's gemaakt. Mijn reismaatje heeft veel foto's, maar die is vrijwel direct daarna met het gezin op vakantie gegaan. We zijn er nog niet aan toe gekomen om de foto's uit te wisselen en zonder dat wordt het wel een erg karig verslag. Over een paar weken zal ik het nieuwe verslag wel plaatsen.

Wat de volgende reis betreft heb ik nog geen concrete plannen, maar die komen vanzelf. September nog even richting de Vogezen en misschien een stukje Zwitserland. Dan ga ik met m'n vader een weekje rijden. Die begint al een beetje op leeftijd te raken, dus gaan we gewoon met een aanhanger die kant op. Andere plannen nog niet, maar die komen er zeker!

Ga nog maar een keer op vakantie! Prachtig beschreven! Dank voor het delen.

Graag, komt zeker goed!
Ik heb ook nog een paar oude reisverslagen van een paar jaar terug liggen. Die wilde ik eigenlijk afgelopen winter plaatsen maar dat is er niet van gekomen. Deze winter nog maar eens een poging wagen.

Heel gaaf reisverslag! Dank voor delen. Goede en nuttige informatie.
Over ca 3 weken ga ik een ronde doen in de Zuidfranse-Alpen met tent en een Honda CB500 en zal daarvan zeker een reisverslag maken.

Ben erg benieuwd, ga het verslag zeker volgen!


Ik ga jou verslag in september sowieso volgen, en ook even door je oude verslagen bladeren!
 
Ik heb genoten! Je kan goed schrijven, ik leefde helemaal met je mee. Bedankt dat je dit allemaal weer heb willen delen!