Follow along with the video below to see how to install our site as a web app on your home screen.
Opmerking: This feature may not be available in some browsers.
Triumph Tiger 100
1970
490 cc, 2 cilinders
150 km per uur topsnelheid
34 pk
bron: 1970 Triumph Tiger 100
Is dit hem? Er staan nog een aantal Triump Tiger's op. Maar dit was geloof ik de enige Tiger 100, en de enige uit ongeveer die jaartallen.
//Edit: het jaartal klopt niet helemaal, maar het zal nog wel dezelfde motor zijn.
helaas.
Hij is echt van 1952 tot 1957. En niet die uit 1970
klopt ongeveer van 1954/58 ik heb het blok in een featherbed gehangen[afbeelding]
Precies Dit is een hele late. Die van de TS is zonder achtervering. Daar had Triumph de sprung hub voor uitgevonden. Die werd als extra verkocht. Een naaf met daarin een pakket veren zodat je in een stijf achterframe toch achtervering had.Triumph Tiger 100
1970
490 cc, 2 cilinders
150 km per uur topsnelheid
34 pk
bron: 1970 Triumph Tiger 100
Is dit hem? Er staan nog een aantal Triump Tiger's op. Maar dit was geloof ik de enige Tiger 100, en de enige uit ongeveer die jaartallen.
//Edit: het jaartal klopt niet helemaal, maar het zal nog wel dezelfde motor zijn.
Triumph T100GP
Privérijders hadden kort na de oorlog aluminium cilinders uit oude oorlogsvoorraden op hun Tiger 100 machines gemonteerd en wonnen daar wedstrijden mee. Daarmee inspireerden ze het merk tot de bouw van een fabrieksracer. Ernie Lyons won de eerste Grote Prijs van Man in 1946. De machine was door Freddie Clarke gebouwd. Hij gebruikte hiervoor de aluminium 500cc generator die Turner voor de luchtmacht had ontwikkeld. Als achterveer was de Sprung hub toegepast. Turner, op reis in de Verenigde Staten, werd woedend toen hij hiervan hoorde. Hij was strikt tegen racen. Desalniettemin organiseerde hij een etentje voor Lyons en gaf toestemming voor de productie en verkoop van een kleine serie T100GP-replica's die in 1948 op de markt kwamen. Toen de restvoorraden aluminium cilinders in 1950 op waren, eindigde de productie weer. In de Verenigde Staten bleef de vraag naar deze machines echter groot, waardoor men de cilinders weer ging produceren.
Precies Dit is een hele late. Die van de TS is zonder achtervering. Daar had Triumph de sprung hub voor uitgevonden. Die werd als extra verkocht. Een naaf met daarin een pakket veren zodat je in een stijf achterframe toch achtervering had.
Er werd ook geracet met die dingen. Volgens de legende met de vierkante cilinders van de generator.bron
Dus als ik het goed begrijp.
Is de motor uit 1970 gelijk aan de motor van de 1952 / 1957 versie?
Gr Thom
Die extra tank is de olietank. Het is een dry sump motor. De olie zit dus niet in het carter, maar in die tank aan de zijkant. Bij latere modellen hebben ze de olie in het frame opgeborgen.Dus als ik het goed begrijp.
Is de motor uit 1970 gelijk aan de motor van de 1952 / 1957 versie? Wat is dan die extra "tank" bij het achterwiel , op de foto van mijn vader?
Gr Thom
Die extra tank is de olietank. Het is een dry sump motor. De olie zit dus niet in het carter, maar in die tank aan de zijkant. Bij latere modellen hebben ze de olie in het frame opgeborgen.
Zo heb je geen carterpan nodig en kan het blok lager in het frame hangen. De olietank is ook van dun plaatmateriaal en kan de warmte goed kwijt.
Ik weet nog dezelfde staan in Vremde bij Lier in Belgie.
Die van je vader is zeker niet van 1970 want dan zou hij er uit zien als mijn Tiger 100
Hierbij een foto[afbeelding]